Ontzamelen: referentiekader gevraagd

Waardering agrarische collectie museum Texture, Kortrijk. © FARO

Ontzamelen staat de komende jaren hoog op de beleidsagenda. Om meer inzicht te krijgen in de praktijk van en de noden bij het ‘ontzamelen’ van collecties en voorwerpen, voert FARO een nodenanalyse uit. We stuurden daartoe twee vragenlijsten uit. Een is bestemd voor de musea, een andere voor de erfgoedcellen en landelijke dienstverleners.

De resultaten van de vragenlijsten vormen een belangrijke bijdrage aan de toolbox 'Ontzamelen'. Ontving u een vragenlijst? Neem dan zeker deel aan het onderzoek zodat we ook uw wensen en verwachtingen in het verdere traject kunnen meenemen.

Ontzamelen bij erfgoed zuidwest

In deze blogreeks delen enkele erfgoedmedewerkers uit de collegagroep ‘Herbestemmen’ hun ervaringen met ontzamelen. Aan vijf deelnemers legde FARO deze vier vragen voor:

  1. Welke ervaring heeft u opgebouwd omtrent ontzamelen (herbestemmen en afstoten) in de organisatie waar u momenteel werkt? 
  2. Waarom is het onderwerp volgens u controversieel? 
  3. Welke struikelblokken ervaart u bij het uitwerken van het proces? 
  4. Welke noden zijn er volgens u in Vlaanderen om het ontzamelproces tot een goed en duurzaam einde te brengen? Zijn er naast een toolbox ontzamelen, waarin methodes en praktijkvoorbeelden worden verzameld, nog andere noden? 

In deze blog vertelt Jelle De Rock, consulent religieus erfgoed bij erfgoed zuidwest, over zijn ervaringen: “De afgelopen twee jaar werd erfgoed zuidwest vaak geconfronteerd met ontzamelen. De erfgoedcel begeleidde diverse kerkbesturen met de waardering en herbestemming van religieuze collecties. Erfgoed zuidwest begeleidde ook samen met het CAG de waardering en herbestemming van verschillende verzamelingen agrarisch erfgoed.”

Emotionele hindernissen

Religieuze collecties brengen eigen hindernissen en struikelblokken met zich mee. “Een oude boom verplant je niet zomaar uit zijn vertrouwde omgeving,” vertelt Jelle. “Binnen een erfgoedgemeenschap leeft vaak de diepe overtuiging dat een object het best thuishoort op de plek waar het al die jaren heeft vertoefd. Tornen aan deze ‘oorspronkelijkheid’ raakt vaak een gevoelige snaar. De emotionele connectie met een object overstijgt vaak het eigenlijke artefact, en hangt onlosmakelijk samen met herinneringen aan plaatsgebonden gebeurtenissen en handelingen. Het verplaatsen of afstoten van objecten knipt deze fysieke band met de locatie door.”

“Dit botst in de eerste plaats op verzet voor objecten in een historisch monument zoals een kerk,” stelt Jelle. “Maar ook het ontzamelen van museale collecties stuit soms op weerstand, omdat dingen bijhouden net als een van de kerntaken van een museum wordt gezien. Het museum als laatste dam tegen de vergetelheid. Niet zelden wordt het ontzamelen door de buitenwereld gepercipieerd als een devaluatie van de getroffen objecten. Daarom is een brede en heldere communicatie over het hele proces, van waardering tot de criteria voor herbestemming, zo belangrijk.”

“Voor de herbestemming van religieus erfgoed speelt het dilemma tussen het herbestemmen binnen de publieke sfeer en verkoop een niet te onderschatten rol, waarover de meningen conflicteren. Indien men afziet van verkoop, rest dan nog de vraag of men voor schenking of langdurige bruikleen opteert. Bij religieus erfgoed limiteert het bijzondere statuut van gewijde objecten en het sacrale karakter de herbestemmingsmogelijkheden.”

Gevraagd: vergelijkings- en referentiekader

Om te kunnen waarderen en herbestemmen is het belangrijk de objecten te kunnen vergelijken binnen een referentiekader. U moet dus goed weten wat collega-musea verzamelen. Dit gebrek aan vergelijkingskader wijst de collegagroep ‘Herbestemmen’ aan als struikelblok. Aangezien er geen overkoepelend platform bestaat, bent u immers afhankelijk van uw eigen netwerk en kennis.

Jelle: “Een – misschien utopische – droom is het uitwerken van thematische en typologische referentiecollecties op regionaal of landelijk niveau, zodat erfgoedwerkers voor een bepaald type object kunnen inschatten hoe sterk het regionaal of landelijk vertegenwoordigd is. Zeldzaamheid is misschien maar een van de vele criteria die bij de waardering van objecten een rol speelt, maar wel een hele belangrijke. Met name voor objecten zonder noemenswaardige kunsthistorische of financiële waarde kan een overzicht van geslaagde herbestemmingen inspirerend werken.” 

Heeft u vragen of suggesties over dit onderwerp? Contacteer anne-catherine.olbrechts@faro.be of nele.coene@student.uantwerpen.be.

Lees ook:

Met dank aan Nele Coene.

Foto: Waardering agrarische collectie museum Texture, Kortrijk. © FARO

Anne-Cathérine Olbrechts