Musea in de klimaatcrisis: terugblik op de jaarlijkse NEMO-conferentie

Panelgesprek (NEMO conference) Foto: Monique Verelst

Van 19 tot en met 21 november was het Finse Lahti gaststad voor de jaarlijkse NEMO-conferentie (Network of European Museum Organisations). Onder het motto 'And … ACTION! Museums in the climate crisis' kwamen er meer dan 300 museumcollega's uit veertig landen bijeen om te onderzoeken hoe musea actie kunnen ondernemen voor een duurzamere toekomst. Inspiratie was er alvast in overvloed: het volledige programma en de opnames van de sessies (volgt later) kunt u hier terugvinden. Wat volgt, is een verslag door FARO-collega Monique Verelst.

Oproep tot samenwerking

De conferentie gonsde van de discussies over duurzame ontwikkeling, klimaatactie en de vitale rol die musea spelen in maatschappelijke verandering. Tijdens de conferentie werd een verklaring gepubliceerd, waarin wordt aangegeven hoe Europese musea zich ertoe verbinden om samen met de gemeenschappen te werken aan toekomstige duurzaamheid door hun collecties opnieuw te evalueren:

“Our ethical and professional priority is to work with our communities for the future sustainability of the planet. Museums have a critical role to play in environmental sustainability and imagining our possible futures. Our commitment is that we will use our diverse collections and the stories that they hold to inspire people and facilitate change. We realise that it is no longer possible to preserve all heritage and collections in their current conditions. We are committed to re-evaluating our collections in terms of their social, historical, environmental, and educational impact.”  NEMO statement (nov/2023)

Het is niet langer mogelijk om al het erfgoed en alle collecties in hun huidige staat te bewaren. Collecties moeten opnieuw geëvalueerd worden op hun sociale, historische, ecologische en educatieve impact. Het is nu aan de sector om aan dit statement duidelijke doelstellingen en concretere acties te koppelen.

Sprekers op het congres brachten nieuwe inzichten en oplossingen, riepen op tot snellere en efficientere acties en meer interactie met het publiek.

Kijk op het geheel

Actie! Foto: Monique Verelst

De conferentie startte met de keynote Museums Facing Extinction: joining forces for a sustainable future van Kirsten Dunlop (België/Australië), Chief Executive Officer at EIT Climate-KIC. Ze riep op om een manier te zoeken om de milieuproblematiek in z’n geheel te bekijken en niet alles op te delen in hapklare en makkelijk begrijpbare porties. Om in de toekomst een oplossing te kunnen bieden aan de milieuproblematiek is niet alleen een overzicht op het geheel nodig, maar ook en systeemverandering. Versta: problemen bij de wortel aanpakken (in plaats van de symptomen) door structuren, gewoonten, denkwijzen, machtsdynamieken en beleid te veranderen, en door collectieve macht te versterken. Dat kan via de actieve samenwerking van diverse mensen en organisaties. Deze samenwerking is geworteld in gedeelde doelen om blijvende verbetering te bereiken en sociale problemen op lokaal, nationaal en mondiaal niveau op te lossen.

Dunlop riep op tot een hernieuwing van de creativiteit in de cultuur- en museumsector. Beide kunnen een kritieke, katalyserende rol spelen in het ondersteunen van klimaatactie en in het mobiliseren van harten en geesten. Ze gaf daartoe enkele voorbeelden mee, zoals de Sufficiency Summit, Climavore en het Festival of Dangerous Ideas (FODI), dat een platform biedt voor moeilijke onderwerpen zoals rouw, woede of kolonisatie. Nog andere voorbeelden zijn FuterraNew European Bauhaus, Museum of tomorrowClimate museum en Climate Care (MAK, Vienna).

Panelgesprek ‘Part of the solution’

Musea kunnen nieuwe denk-, participatie- en verbeeldingscentra zijn; gedateerde museumdefinities voldoen misschien niet meer aan de behoeften van vandaag of morgen. De risico's die musea lopen als ze de klimaatcrisis niet aanpakken, zijn groter dan de risico's die ze lopen als ze de verhalen achterwege laten, vindt Julie Decker (Anchorage Museum, Alaska).

Ze ging hier verder op in tijdens het eerste panelgesprek. Decker verkende de verschillende invloedsferen die musea hebben om het bewustzijn te vergroten en zich in te zetten voor het publiek door zich te transformeren tot duurzame instellingen. Decker gaf aan dat de gemeenschappen in Alaska, net als in het hele Noordpoolgebied, de klimaatverandering ervaren op manieren die van invloed zijn op hun dagelijks leven − denk aan voedsel, transport, economie, rechtspraak en cultuur. Ze gaf ook aan steeds minder te focussen op de klassieke benadering van het instituut ‘museum en collecties’. Curatoren begeven zich tussen de lokale gemeenschappen, luisteren naar hun verhalen, werken samen en cocreëren.

Heidi Rosenström (Fins wetenschapscentrum Heureka) vertelde over het gebruik van emoties, gedeelde ervaringen en empathie als middel om complexe kwesties over te brengen op een breed publiek. Ciprian Stefan (Astra Museum, Roemenië) zet samen met de gemeenschap in op o.a. oude technieken en ambachten. Het museum ontwikkelde programma's die de stedelijke en plattelandsgemeenschappen helpen te begrijpen wat cultureel erfgoed betekent als nalatenschap. Het promoot ook de culturele waarden van elke plaats als een belangrijk punt voor lokale ontwikkeling door middel van cultureel toerisme.

Panelgesprek ‘Part of the problem’

Tijdens zijn presentatie Look up. It’s about us, not about the climate gaf Stefan Simon (Yale Institute for Preservation of Cultural Heritage, Rathgen Research Laboratory, Duitsland) prioriteit aan de bevordering van duurzame conserveringsstrategieën die werden uitgelokt door de wereldwijde klimaatverandering en het groene museumdebat. De klimaatcrisis heeft zijn intrede gedaan in onze Europese musea. Het manifesteert zich in toenemende risicoscenario's − zoals zware weersomstandigheden − maar ook in de ecologische voetafdruk die onze eigen missie, het duurzaam behoud van cultureel erfgoed, ondermijnt. 

Rekening houdend met de energie die nieuwe gebouwen bevatten, staat de trend om de laatste jaren steeds meer musea te bouwen haaks op de noodzaak om het gebruik van onze hulpbronnen te verminderen. Een ander obstakel op weg naar een klimaatvriendelijker museum is overmatige airconditioning. Simon vestigde de aandacht op de toenemende energiekosten verbonden aan de langere levensduur van systemen, met name in de context van HVAC-systemen die beweren duurzaam te zijn maar in werkelijkheid grote energievreters zijn.

In zijn presentatie Be honest, objects survived centuries in unstable environments daagde Lukasz Bratasz (Cultural Heritage Research Group, Polish Academy of Sciences) het conventionele geloof uit dat klimaatbeheersing de primaire verdediging is tegen schade door de duurzaamheid van objecten in onstabiele klimaatomstandigheden te benadrukken. Hij schetste de methodologie van ASHRAE, waarin belangrijke stappen worden voorgesteld voor het veranderen van het beheer van het binnenklimaat door fundamentele vragen te stellen. Wat willen we? Wat weten we? Wat kunnen we doen? Recent wetenschappelijk onderzoek richt zich vooral op de tweede vraag en laat zien dat objecten veel minder kwetsbaar zijn voor omgevingsvariaties dan eerder werd aangenomen. Bratasz besprak de risico's van klimaatbeheersing en toonde aan dat die het algemene risico voor de collectie niet verminderen en een zeer lage kosten-batenverhouding hebben.

Bratasz gaf verder ook cijfers over het energieverbruik van HVAC-systemen in musea en benadrukte dat een groot deel van het energieverbruik (95%) wordt besteed aan temperatuur- en vochtigheidsregelingen. Hij ontkrachtte de misvatting van mechanische schade (die vaak wordt overschat) en gaf aan dat vanuit een economisch standpunt deze systemen te duur zijn en aldus niet altijd hun nut bewijzen. Voor de opkomst van HVAC-installaties (in de jaren 1950) overleefden historische objecten in ongecontroleerde ruimtes. Deze aanname wordt gestaafd met analyses uit de Tweede Wereldoorlog op enkele collectiestukken van Titiaan en Da Vinci, die aantonen dat er geen schreurvorming aanwezig was. Uit jaarverslagen van UK Claims blijkt dat transport de belangrijkste oorzaak is van schade. 

Omdat klimaatstabilisatie een lage kosteneffectiviteit heeft in vergelijking met het aanpakken van andere risico’s, stelde Bratasz voor om fondsen te herbestemmen voor behoudsdoeleinden. Hij wees op hiaten, waaronder het ontbreken van kostenberekeningen voor het handhaven van verschillende soorten ASHRAE-klimaatbeheersing. Verder zouden sommige musea strenge klimaatvoorwaarden opleggen bij bruikleenverkeer (om de werken niet te hoeven uitlenen) en mogelijks voldoen sommige uitlenende instellingen zelf niet aan de voorwaarden van hun bruikleenpolicy. Er is behoefte aan meer transparantie over de volledige lijn. Bratasz gaf overtuigende argumenten mee om te pleiten voor verandering of om juist niet te streven naar een hogere ASHRAE-klasse, tenzij dit essentieel is voor het behoud van de collecties. Tot slot onderstreepte hij het ontbreken van een Life Cycle Sustainability Assessment op maat van musea.

Grotere musea en toonaangevende onderzoeksinstellingen wereldwijd zouden verder een voorbeeldfunctie moeten kunnen innemen door het voortouw te nemen in het transparanter aanpakken van de uitdagingen en door de normen rond de benadering van het binnenklimaatbeheer opnieuw te evalueren.

De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed Nederland, KIK-IRPA en FARO sloegen eind december 2022 al de handen in elkaar, met als resultaat de 'Klimaatverklaring voor Erfgoedorganisaties'. Met deze Klimaatverklaring erkennen de initiatiefnemers én de vele musea en erfgoedorganisaties die intussen mee hebben ondertekend, dat ze de visie op energieverbruik en 'binnenklimaat' in de organisaties dienen aan te passen. Via deze blog vindt u meer informatie.

Panelgesprek ‘Activisme voor het klimaat'

Het panel verkende de schaal van activisme naar actie ondernemen door de verschillende posities en perspectieven van museumvertegenwoordigers en (klimaat)activisten te analyseren.

Rebekka Eschauzier (Extinction Rebellion, België) benadrukte dat activisten zichzelf zien als alarmsignalen die, hoewel ongemakkelijk, dienen als een oproep tot actie. Desondanks steunt ze het gebruik van kostbare kunstwerken als gereedschap voor verandering, waarbij musea als canvas worden gebruikt. Voor Vera Carasso (Nederlandse Museumvereniging) is het belangrijk dat er een bewustzijn wordt gecreëerd rond klimaatproblematiek in het museumveld maar eveneens bij het publiek. Collecties in musea zijn immers alleen nuttig als er een toekomst voor elkeen is. Ze moeten dus niet enkel vandaag maar eveneens in de toekomst relevant zijn en waarde hebben voor de gemeenschap. Ze pleitte voor een holistische kijk op duurzaamheid. Emek Yılmaz-Sancar (Museums for Future, Turkije) gaf aan dat we met z’n allen nog teveel consumeren en ons niet verantwoordelijk genoeg gedragen.

Wat kunnen musea doen, welke actie kunnen ze ondernemen voor het klimaat? Rebekka Eschauzier gaf aan dat musea eveneens de rol van activist kunnen opnemen maar het niet aan haar is om concrete acties mee te geven aangezien ze een andere rol heeft, los van de sector. Maar net als museumprofessionals zien activisten zichzelf als verzorgers van kwetsbare en waardevolle dingen.

Het belang van noodplannen

In een interview deelde Claudia Casali (Italië, International Museum of Ceramics) ervaringen uit Italië waar in mei 2023 meer dan 200 culturele locaties werden getroffen door overstromingen. Ze onderstreepte het belang van noodplannen en coördinatie bij natuurrampen die culturele bezienswaardigheden treffen.

Uitdagingen en noden:

  • De werknemers van de culturele instellingen waren getraind in het omgaan met aardbevingen maar hadden geen noodplannen die specifiek gericht waren op overstromingen.
  • Hoewel het systeem voor vroegtijdige waarschuwing van de autoriteiten effectief bleek, slaagden de meeste erfgoedinstellingen er niet in om preventieve maatregelen te nemen om hun collecties veilig te stellen (zelfs bij code rood bleken ze niet gealarmeerd). Er moet een attitudewijziging komen.
  • De toestroom aan vrijwilligers coördineren vergt geschoolde mensen.
  • Er moet voldoende materialenkennis aanwezig zijn bij medewerkers om getroffen collectiestukken schoon te maken. De rush tegen de tijd is hels voor medewerkers (bv. wanneer modder opdroogt dat aan de collectiestukken blijft hangen, wordt het een soort cement en moeilijk te verwijderen).
  • Er moeten keuzes gemaakt worden over wat bewaard moet worden en wat niet.

Estelle De Bruyn (Head Sustainability Unit, KIK-IRPA) gaf mee dat ondanks het feit dat Italië een bestaand regionaal/nationaal beleid heeft voor de bescherming van erfgoed in crisissituaties, ze op dezelfde uitdagingen stuitte als België tijdens de overstromingen van 2021: een gebrek aan coördinatie, moeilijkheden bij het verkrijgen van een volledig overzicht van de gevolgen en behoeften, en een tekort aan methodologieën voor het schoonmaken van kunstwerken.

What else?

Zes sprekers deelden de kleine en grote stappen die ze ondernamen rond klimaatactie in musea tijdens een museumslam.

  • Operation Rubbish! | Ana Salvador (België), Huis van de Europese Geschiedenis 
  • Generation Hope: Act for the Planet | Harry Cutmore (UK), Natural History Museum
  • How to become an eco-positive museum in 2030?! | Cato Ebeling Koning (NL), Scheepvaartmuseum
  • Inexpensive, Economical, Practical ... Sustainable! | Urška Repar (Slovenië), Museum of Recent History Celje
  • Curating Change: BELvue's Journey to a Sustainable Tomorrow | An Lavens (België), BELvue Museum
  • Oops! I gave a teenager a (climate) chance! | Ilenia Valerio (Noorwegen), Natural History Museum

In de twee workhopsreeksen kon men kiezen tussen tal van workshops met praktische inspiratie over hoe musea actie kunnen ondernemen voor het klimaat en een duurzame toekomst.

Conclusie 

David Vuillaume (voorzitter Raad van Bestuur NEMO) vatte de hoofdthema's van de conferentie samen en benadrukte groei, crisismanagement en activisme als centrale onderwerpen.

1. Groei

Het vermogen van musea om emoties, empathie en gedeelde ervaringen op te roepen werd erkend als een krachtig instrument. De uitdaging ligt echter in het kwantitatief bereiken van een groter publiek, aangezien slechts zes op de tien mensen musea bezoekt in Europa. Er is een oproep om het concept van economische groei te heroverwegen en manieren te onderzoeken om de toegankelijkheid te verbeteren.

2. Crisismanagement

Musea kunnen mensen helpen bij het omgaan met crisissen. Ze kunnen welzijn, inclusiviteit en kunst bieden die aanzet tot herwaardering. Verandering wenselijk maken werd benadrukt. Musea werden aangemoedigd om verschillende perspectieven te bieden op mogelijke toekomsten. Hoewel de ernst van klimaatgerelateerde problemen wordt erkend, zijn er verschillende benaderingen om deze uitdagingen aan te pakken.

3. Activisme

Klimaatactie werd gezien als een politieke inspanning die bijdraagt aan een gezonde samenleving. Musea zijn er om mensen in staat te stellen hun creativiteit te ontwikkelen en te uiten. Ze werden aangespoord om een activistische rol aan te nemen zonder extreem radicaal te zijn. Het uiten van klimaattrauma's werd aanvaardbaar geacht, maar destructieve acties, zoals het aanvallen van kunstwerken, niet.

Musea werden gepositioneerd als gidsen en hebben het vermogen om het maatschappelijk welzijn te verhogen en om bruggen te herstellen tussen cultuur en natuur, tussen exacte wetenschappen en menswetenschappen.

NEMO-nieuws:

Op de conferentie waren de volgende Belgische collega's aanwezig:

De Belgische deelnemers aan de NEMO-conferentie. Foto: Monique Verelst

Vanessa Braekeveld (KBR), Rebecca Thierfeldt (KBR), Ann Deckers (FOMU), Sergio Servellón (bestuur NEMO), Alexandre Chevalier (ICOM België), An Lavens (BELvue museum), Ana Salvador (Huis van de Europese Geschiedenis), Rebekka Eschauzier (Extinction Rebellion België), Estelle De Bruyn (KIK-IRPA) en Monique Verelst (FARO).

FARO is lid van de NEMO-werkgroep Duurzaamheid en Klimaatactie (Sustainability and Climate Action). Estelle De Bruyn van KIK-IRPA is trekker van de werkgroep; haar verslag van de conferentie en kritische reflectie kunt u hier terugvinden.

Foto's: Monique Verelst

Gefinancierd door de Europese Unie

De deelname aan de NEMO-conferentie werd gefinancierd met middelen van Erasmus+, het programma van de Europese Commissie. Om de cultureel-erfgoedsector goed te kunnen ondersteunen zijn we immers altijd op zoek naar voorbeelden en methodieken m.b.t. participatie, educatie en specifieke cultureel-erfgoedpraktijken. Om dat denkproces te versterken, laten we ons graag inspireren door goede voorbeelden en boeiende gesprekspartners in het buitenland.

Monique Verelst