Op werkbezoek in Londen - Tate

Tate Britain. Foto: Monique Verelst

FARO-collega Monique Verelst trok in het kader van Erasmus+ in het voorjaar voor een werkbezoek naar Londen. Ze sprak er met verschillende medewerkers uit Londense musea over ecologische en sociale duurzaamheid. 

In deel 1 van haar verslag volgden we Sara Kassam, Sustainability Lead van het V&A Museum, die inzoomde op het duurzaamheidsbeleid van het Victoria & Albertmuseum. In deel 2 sprak Monique met Hailee Kukura, projectcoördinator van Young V&A.

Monique Verelst en Bella Sereno. Foto: Monique Verelst
Monique Verelst en Bella Sereno. Foto: Monique Verelst

In dit derde deel trekken we naar Tate. Dit Britse instituut beheert een reeks gebouwen die dateren van 1897 tot 2016. Naast Tate Britain en Tate Modern in Londen beheert Tate nog een depot in Londen, Tate Liverpool in het noorden en Tate St Ives in een kuststadje gelegen in het meest westelijke deel van het land.

We volgen Bella Sereno, bij Tate actief als Environmental & Resource Manager. Ze zorgt ervoor dat Tate aan de wettelijke eisen blijft voldoen, terwijl ze op zoek gaat naar innovatieve oplossingen om de duurzaamheidsdoelstellingen te verwezenlijken. Bella ondersteunt en leidt al zes jaar klimaatacties, al is het nuttig aan te geven dat Tate al sinds 2007 werkt aan een vermindering van de milieu-impact van de gebouwen en activiteiten. Hoewel er al een hele weg werd afgelegd, lijkt de organisatie de laatste drie jaar toch een tandje bij te steken. 

Phil Monk, Senior Design and Production Manager bij Tate, was dan weer de geschikte persoon om meer toelichting te geven over producties.

Dit blogverslag geeft een impressie van het werkbezoek maar is te kort om diep op bepaalde thema’s in te gaan. Daarom wordt waar mogelijk doorverwezen naar bijkomende info.

Climate emergency

In juli 2019 wordt in Londen de allereerste klimaatactieweek gehouden en worden verschillende sectoren aangespoord om praktische en nieuwe oplossingen te bedenken om de CO2-uitstoot te verminderen. De Tate-directeurs beloven op de noodtoestand te reageren met acties in alle vier de musea. De tentoonstelling van Olafur Eliasson in Tate Modern (2019) vormde de aanleiding om een platform te bieden voor discussies met kunstenaars, campagnevoerders, artistieke gemeenschappen en culturele organisaties rond het thema.

Good to know

Het duurzaamheidsbeleid van de Londense musea past zowel in een nationale en internationale als in een lokale en stedelijke context. In 2008 werd in het Verenigd Koninkrijk de Climate Change Act aangenomen. Daarin verbond het Verenigd Koninkrijk zich ertoe zijn broeikasgasemissies tegen 2050 met 80% te verminderen ten opzichte van het niveau van 1990. Deze doelstelling werd in 2019 nog ambitieuzer bijgesteld naar een net zero uitstoot tegen 2050.

Tate Britain. Foto: Monique Verelst

De Londense Environmetal Strategy (2018) bundelt de aanpak van elk aspect van het Londense milieu. Het integreert luchtkwaliteit, groene infrastructuur, beperking van de klimaatverandering en energie, afval, aanpassing aan klimaatverandering, omgevingsgeluid en koolstofarme circulaire economie.

Op wijkniveau zijn er in Londen eveneens gerichte klimaatactieplannen en kunnen ambities verschillen. Het V&A bijvoorbeeld (in de wijk Kensington) streeft naar een net zero uitstoot tegen 2035 (zie deel 1 van deze blogreeks). Tate streeft ernaar om, met de steun van Better Bankside (Bankside is de wijk waarin Tate Modern zicht bevindt, nvdr), de CO2-uitstoot tegen 2023 met 50% te verminderen ten opzichte van het referentiejaar 2007/8. Verder wil het de CO2-uitstoot in al zijn locaties tegen 2030 herleiden tot net zero. Om dat doel te bereiken, wordt ingezet op verschillende aspecten van de museumwerking.

Bewustwording omzetten in actie

Op het moment van mijn bezoek was het team in volle voorbereiding van de workshop Turning Awareness into Action: Museums and Galleries Climate Emergency Workshop. Henry MCGhie (Curating Tomorrow) en Rodney Harisson (Museum and Heritage Studies, University College London) waren er te gast om samen met de stakeholders de Mobilising Museums for Climate Action Toolbox onder te loop te nemen. In break-outsessies stonden er nadien een zevental thema’s op de agenda, waaronder:

Een blik op inspanningen en verbintenissen

De laatste jaren werden er tal van activiteiten, discussies en workshops over het thema duurzaamheid georganiseerd. Tate is echter al veel langer begaan met en actief aan het werk rond het thema. Dat is onder meer zichtbaar in blogs: op de Tate-website vindt u informatie terug over de genomen beleidsprioriteiten en acties.

De vooruitgang van de vergroening die Tate de laatste jaren boekte wordt systematisch opgelijst. Actiepunten zoals de omschakeling naar 100% groene energie, recuperatie van regenwater, hergebruik of recyclage van afval en de acties die ondernomen worden in de shop en het restaurant worden meegegeven in Tate and climate change. Daarin wordt ook duidelijk hoe ze zich verbinden om op operationeel niveau, in relatie tot de kunstaars, op het vlak van (inter)nationale en lokale samenwerking en in hun communicatie volop naar een steeds duurzamere organisatie toe te werken.

Bent u op zoek naar meer informatie en cijfermateriaal, lees dan hier het jaarlijks rapport.

What else?

Tijdens het gesprek en de rondleiding met Bella Sereno en Phil Monk wordt het een en ander verduidelijkt:

Tate Modern. Foto: Monique Verelst
Tate Modern - depot. Foto: Monique Verelst
  • In het Verenigd Koninkrijk hebben musea (net als andere sectoren) een verplichting om hun CO2-voetafdruk te communiceren naar het publiek. In Tate wordt het afvalbeleid, het water- en energieverbruik automatisch gemonitord en krijgt het team een maandelijkse update van de cijfers. Zo kunnen ze in een handomdraai meegegeven worden in de interne en publieke communicatie.
     
  • Net als in vele andere musea wijken de waardes tijdens de coronapandemie sterk af omdat musea vaak gesloten waren en het personeel voornamelijk van thuis uit werkte. Enkele cijfers: de werkreizen daalden met 90%, er werd 78% minder afval geproduceerd en 55% minder water verbruikt. Toch werd er ‘slechts’ 17% minder energie verbruikt, hoewel musea gesloten waren en het personeel vooral thuis werkte. De verklaring? Om de optimale bewaaromstandigheden van de collectie te garanderen, blijft klimaatbeheersing van de ruimtes in werking. De invloed op het energieverbruik blijft op dat vlak dus gering.
     
  • In een audit van Julie’s Bicycle wordt de CO2-voetafdruk van Tate in kaart gebracht en wordt er gefocust op scope 3-emissies (de impact van actoren die buiten de organisatie liggen). Het hoeft niet te verwonderen dat een groot aandeel van de voetafdruk wordt veroorzaakt door de bezoeker. De (inter)nationale toerist heeft zowaar een impact van 92% op de voetafdruk van de organisatie. In de doelstellingen wordt er dan ook gefocust op die dingen waar het museum controle over heeft, al kan men de ecologische impact van de bezoekers moeilijk ontkennen.
  • Tate heeft zich ertoe verbonden duurzaamheids- of 'groene' criteria op te nemen in al zijn aanbestedingen. Het doel hiervan is ervoor te zorgen dat elk contract en elke leverancier bijdraagt aan het door Tate gestelde doel van een vermindering van de voetafdruk met 10%. Dergelijke bijdragen kunnen bestaan uit directe financiële steun aan een specifiek koolstofreductieproject, of concrete voorstellen over hoe de duurzaamheidsprestaties van dat contract kunnen worden verbeterd.
     
  • De kosten verbonden aan de afbraak en afvoer van tijdelijk tentoonstellingsmateriaal behoort tot het (tentoonstellings)budget van de curator. Doordat curatoren zélf instaan voor dat aspect en het een invloed heeft op het totale tentoonstellingsbudget wordt er op voorhand veel beter gereflecteerd over het hele proces, van ontwerp over productie tot afvalbeleid. Er wordt van bij aanvang naar mogelijkheden gezocht om het materiaal een tweede leven te geven. Afval dat los staat van een tentoonstelling (bv. restaurant, shop, bureauruimte e.a. zit in het algemene budget- en gebouwbeheer).
     
  • Het restmateriaal van tentoonstellingen dat nog herbruikt kan worden, zoals sokkels, vitrinekasten, wanden etc… mag niet verkocht worden maar kan enkel gratis aangeboden worden aan derden. Het tentoonstellingsmateriaal van Tate krijgt een tweede leven door het aan te bieden via het interne platform, museumfreecycle (een weggeefplatform voor musea/galerijen, bibliotheken en archieven), aan lokale gemeenschappen en tot slot op freecycle.org, een platform voor het brede publiek.

Meer weten

Ook FARO werkt samen met de erfgoedsector aan een oplossing voor het delen en hergebruiken van tentoonstellingsmateriaal. Wil u meer weten over dit thema of bent u benieuwd naar meer achtergrondinformatie bij de blogreeks 'Werkbezoek in Londen'? Aarzel dan niet om contact op te nemen met Monique Verelst voor meer informatie of contactgegevens.

Nuttige informatie, toolkits, voorbeelden of links worden op termijn verwerkt in het luik duurzaamheid / participatie op de Erfgoedwijzer.

Het werk- en leerbezoek aan Londen werd gefinancierd met middelen van Erasmus+, het programma van de Europese Commissie. Om de cultureel-erfgoedsector goed te kunnen ondersteunen zijn we immers altijd op zoek naar voorbeelden en methodieken m.b.t. participatie, educatie en specifieke cultureel-erfgoedpraktijken. Om dat denkproces te versterken, laten we ons graag inspireren door goede voorbeelden en boeiende gesprekspartners in het buitenland.

Gefinancierd door de Europese Unie

Beeldmateriaal: Monique Verelst (FARO)

Monique Verelst
Werkbezoek / studiereis