26 september | Europese Dag van de Talen (4): Pommes oder Fritten?

Een bord frietenIn Duitsland eten ze per jaar 300.000 ton friet; diepvriesfrieten welteverstaan. Dat is een dramatisch cijfer. Ik zoek geen ruzie met Belgapom, maar het tweemaal frituren van vers met de hand geschilde, gewassen, gedroogde en tot staafjes gesneden aardappelen behoort tot ons immaterieel cultureel erfgoed waar we zorg voor moeten dragen in binnen- én buitenland. Ook aandacht voor de gevarieerde benaming voor ons nationale aardappelgerecht hoort daarbij.

In de Duitse standaardtaal worden de goudgele aardappelstaafjes (vaker dus hun wat blekere diepvriesimmitaties) officieel Pommes frites genoemd. Als schrijfvariant kennen de oosterburen ook Pommfritts. In de spreektaal wordt die klassieke  tweeledige naam echter alleen in Oostenrijk en Zwitserland gebezigd. De meeste Duitsers zeggen kortweg Pommes. En geheel in die afkortingslijn bestellen Duitsers ook Pommes Mayo of Pommes rot-weiss (met ook nog ketchup). Een volkse benaming voor de rood-wit gestreepte slagbomen aan de overwegen luidt overigens Pommes Schranke. In het ons meest nabije stuk van Duitsland, het Rijnland, doet zich echter sinds geruime tijd een eigen evolutie voor in de benaming voor de frieten. In het zuidelijke deel van het Rijnland is namelijk de vorm Fritten al langere tijd ingeburgerd en momenteel sterk in opmars. Die vaststelling wordt gedaan op de website van het Landesverband für rheinische Landeskunde, waar Fritten momenteel zelfs het woord van de maand is in het daar te raadplegen Mitmachwörterbuch. Die opmars van het woord  Fritten naast Pommes is onder meer toe te schrijven aan de nabijheid van Vlaanderen en aan onze eigen evolutie in woordgebruik.

Want ook in Vlaanderen kennen we taalvariatie bij de aanduiding voor onze nationale culinaire trots. Lange tijd was pommes frites de enige officiële benaming. Later is ook bij ons het tweede element van deze samenstelling solo gegaan als aanduiding. De vraag of men dan frites, friet, frieten, fritten of fritjes zegt, blijkt overigens sociaal gebonden. Een empirisch onderzoek in 92 verkooppunten in Brussel, Gent, Antwerpen, Leuven en Oostende  leert dat vooral chiquere restaurants (met vermelding in de Michelin- of Gault & Millautgids) de klassieke Franse benamingen hanteren zoals: pommes frites, pommes allumettes, pommes paille of pommes pont-neuf. Restaurants voor een bescheidener budget gebruiken vooral frites en frieten en in mindere mate fritten; drie benamingen die in de duurdere zaken zo goed als niet voorkomen. Friet(en) is daarbij de jongste vorm,  die vooral sinds de jaren 1960 in opmars is en een strategie verraadt om het Franstalige gehalte van de benaming te verkleinen. Fritten zou dan een overgangsvorm tussen de klassieke frites en de moderne frieten kunnen zijn. Frituren benoemen hun hoofdproduct vooral als fritten en in mindere mate als frit(t)es of fritjes. Als de steekproef iets ruimer zou zijn, zou wellicht blijken dat ook in de Vlaamse  frituren frieten stilaan maar zeker in opmars is. Het woord Friet – de vorm die volgens Van Dale correct is als je het gerecht collectief wil aanduiden en het niet hebt over afzonderlijke staafjes – komt volgens deze bevraging dus in de Vlaamse horeca amper voor.

Het onderzoek waaruit ik hier gretig citeer, is overigens uitgevoerd door de vakgroep Nederlands van de Universiteit van … Wenen. Als u zich wil verbazen over de diepgaande en raak typerende manier waarop buitenlandse  docenten en studenten de variatie tussen Vlaanderen en Nederland – zowel op taal- als op cultuurvlak in het algemeen – weten te detecteren, te interpreteren en treffend onder woorden te brengen, ga dan vooral eens kijken naar volgend– oud, maar subliem -  stukje  website van deze sterke buitenlandse vakgroep Neerlandistiek.
Laten we ten slotte nog even – omdat het volledigheidshalve nu eenmaal moet – stilstaan bij de benamingen voor de frieten in het noorden van het Nederlandse  taalgebied. Naast het vreselijke woord patat – al is het ook wel een eerlijke aanduiding, die simpelweg verraadt dat de gebruikers ervan doorgaans niets begrepen hebben van de kunst van het frituren van die aardappelstaafjes – is in Nederland vooral de term frites vrij algemeen in gebruik. Van Dale meldt bij patat absoluut niet dat het enkel in Nederland gangbaar is. Nochtans kan dit voor buitenlanders die in Vlaanderen hun honger willen stillen met een portie friet, informatie van essentieel belang zijn. Bestel hier met een ander dan een Hollands accent patat en je krijgt gegarandeerd gekookte aardappelen op je bord. Van Dale bewijst bij dit item – dat vanwege de identiteitswaarde die  ermee verbonden is toch gevoelig ligt – nog eens ten overvloede zijn Vlaamsonvriendelijkheid. Niet alleen worden enkel bij patat verbindingen van het type patat met, patatje oorlog (bestelt dat echt iemand?) en patatje speciaal vermeld. Bovendien staat bij het Franse trefwoord pommes frites als Nederlands synoniem enkel patat! Je zou ze toch een Vlaamse patat (betekenis 2) geven. Ruud Hendrickx, sinds mei dit jaar de nieuwe Vlaamse hoofdredacteur bij de dikke, heeft dus nog veel inhaalwerk voor de boeg.

Rob Belemans