Onze man in Montréal: dag 2

Bart eet een ijsjeWat de foto hiernaast te betekenen heeft, kan u onderaan dit blog-item lezen. Dag twee beloofde een allesbehalve traditionele conferentiedag te worden. We begonnen al om 8.30 uur met een Birds-of-a-Feather Breakfast waar je kon aanschuiven bij één van de ontbijttafels waar mensen samenzaten rond een bepaald onderwerp. Je kon ook aan je eigen tafel zelf een nieuw onderwerp aansnijden. Zo waren er ontbijttafels rond handhelds, open source, social tagging, mashups, enz. enz.. Ik moet eerlijk bekennen dat ik meer zin had in het continentaal ontbijt van het hotel.

In plaats van een reeks parallelle sessies te programmeren, koos de organisatie ervoor om tijdens deze dag ‘interactiviteit’ centraal te stellen. We konden bijgevolg kiezen uit een ruim aanbod van mini-workshops, professionele forums, usability labs en crit rooms. In een crit room geven ervaren websitebouwers en wat men daar bestempelde als “new media managers” hun oordeel over bestaande websites. Omdat het onmogelijk was om van het volledige aanbod te proeven, koos ik ervoor om enkele workshops, waarvan ik het gevoel had dat ze mij het meest zouden smaken, te volgen.

Presentatie David Greenfiels MW 2008De workshop 'Now we have Web 2.0 tools, how do we use them?' geleid door David Greenfield, was direct een schot in de roos. Tijdens een inspirerende introductie gaf Greenfield een overzicht van zijn eigen ervaring met Web 2.0 die al begon toen van Web 2.0 nog geen sprake was. Hij legde de nadruk op het gebruik van Web 2.0 voor samenwerking tussen gemeenschappen en als tool in het onderwijs. Zijn paper met een uitgebreid kritisch apparaat naar voorbeelden op het internet is zeker het lezen waard. Daarna ontspon zich een levendige discussie waarbij mensen uit het publiek getuigden over het gebruik van Web 2.0 binnen hun eigen instelling. Thema’s zoals ‘hoe haal je deze technologieën in huis?’ en ‘het onderhoud van webtoepassingen?’ passeerden de revue. Ook op enkele sceptische opmerkingen werd dieper ingegaan, zoals ‘hoe vind je je weg tussen het bos aan wiki’s, blogs, edm?’. De hamvraag was echter: ‘wat brengt de toekomst?’. Hoewel we allemaal weten dat alles in een snel tempo evolueert, kan niemand van ons de toekomst voorspellen. In het Horizon Rapport (dat gelijktijdig in een belendende zaal werd voorgesteld) wordt een poging gedaan. Daarin worden video editing, samenwerkingsplatformen en de verschuiving van ‘content’ naar ‘people’ als toekomstige evoluties naar voor geschoven. Jammer dat zo’n interessante workshop (laat staan de hele conferentie) niet wordt gestreamd. Dat doen we in FARO dan toch beter.

Vermits de workshop rond 3D, die ik had gepland om bij te wonen eivol zat, was ik genoodzaakt om mij aan te sluiten bij een workshop over het Semantische Web. Maar zoals dat vaak gaat met toevalligheden, was dit een enorme meevaller. De discussie werd op een levendige en humoristische manier geleid door de Britse onderzoeker Ross Parry. Hij deed dit in de eerste plaats door de deelnemers onderling te laten reflecteren over de betekenis van termen zoals semantic web, ‘web 3.0’ of de machine-processable web. De moraal van het verhaal was dat iedereen, afhankelijk van het feit of hij of zij bijvoorbeeld een technische of een cultuurwetenschappelijke achtergrond heeft, een andere betekenis geeft aan deze concepten. Voor de cultuursector maken jargons en neologismen eigenlijk niets uit. Het gaat er om wat je er mee kunt doen. En dan kun je het semantische web vertalen als een efficiënter zoeken op het internet, het ontdekken van recources en machines die in de achtergrond met elkaar praten en je zo antwoorden kunnen geven op complexe vragen. Samengevat: "the Semantic Web is a webby way to link data."

De workshop over YouTube en museum videos was niet mijn kopje thee. Ik was blij dat er daarna een korte pauze was. Hoewel, ik werd geconfronteerd met het typisch Noord-Amerikaanse verschijnsel van de Ice Cream Break. Ik zocht naar koffie maar kreeg alleen maar een ijslolly (foto bovenaan. Rare jongens die Noord-Amerikanen.)

Presentatie Gaik Durbin MW 2008Enfin, niet getreurd, na de laatste workshop 'Just Do It!' kon de dag niet meer stuk. Hierin pleitte Gail Durbin (foto), een ferme dame op roze Crocs van het Victoria & Albert Museum in Londen, dat instellingen gewoon in het Web 2.0-bad moeten springen. Alleen dan zullen ze leren om het te gebruiken, wat de respons is en wat de mogelijke meerwaarde kan zijn. Die meerwaarde is voor Gail Durbin het feit dat je een andere, bredere, kijk krijgt op je instelling. Ze zette ons ook aan het werk om in kleine groepjes enkele Web 2.0-toepassingen te bedenken bij een activiteit van een museum. Ik dank de goden dat naast ons iemand zat van het Martiem Museum in Virginia (VS) die al een activiteit rond piraten en piraterij in de regio had bedacht.

De dag werd afgesloten met een avondlijke receptie in het Musée d'art contemporain de Montréal. Mij hoor je niet klagen.

 

Bart De Nil