Over de zin en onzin van inventarissen

Inventaris, foto door Denny Müller on Unsplash

Lijstjes zijn populair. Top 10-bestemmingen, must-see films, must-do voor u 30 wordt. De voorbeelden zijn legio. Ook in de erfgoedwereld is het gebruik van lijsten, onder de noemer van inventarissen, goed ingeburgerd. Maar laat dat nu niet zo onschuldig zijn.

Kunst en cultuur worden al eeuwenlang ingezet voor politieke doeleinden. Denk maar aan Napoleon die zich heldhaftig liet afbeelden, de vele monumenten in de publieke ruimte die de Belgische identiteitsvorming in de 19e eeuw een handje moesten helpen en, recent nog, de ambitie van de Vlaamse regering om een canon van Vlaanderen in het leven te roepen. 

Dat ook UNESCO dit (al langer dan vandaag) als een probleem ervaart, blijkt uit de recente bijeenkomst in Parijs van de Algemene Vergadering van de Conventie voor het borgen van immaterieel cultureel erfgoed. Van 8 tot 10 september boog zij zich onder meer over de toekomst en hervorming van de lijsten, verbonden aan de conventie.

Dienen de lijsten van de conventie nog het eigenlijke doel?

De algemene vergadering bestaat uit de lidstaten die de conventie geratificeerd hebben en vindt om de twee jaar plaats. Tijdens zo’n bijeenkomst geeft deze vergadering strategische richtlijnen voor de uitvoering van de conventie. Ook kiest ze de 24 leden van het intergouvernementeel comité. Dit comité kent een scala aan taken. Een daarvan is de voorbereiding van operationele richtlijnen voor de uitvoering van de conventie. Daarnaast beslist het comité ook over de aanvragen tot inschrijving op de verschillende lijsten van de conventie: de Representatieve Lijst van het immaterieel cultureel erfgoed van de mensheid, de Lijst van het immaterieel cultureel erfgoed dat dringend borging nodig heeft, en het Register van Goede Borgingspraktijken.

Op alle lijsten samen staan zo’n 549 praktijken. Met 463 elementen op de teller tot nu toe is de Representatieve Lijst verreweg de populairste van de drie. Het systeem werd opgevat als een belangrijk sensibiliserings- en mobiliseringsinstrument. Enerzijds hebben de lijsten als doel om nationale autoriteiten en gemeenschappen over de hele wereld bewust te maken van de diversiteit en het belang van het levende erfgoed, en van de noodzaak om het te beschermen. Anderzijds zijn ze bedoeld om internationale solidariteit te mobiliseren.

Wat is het probleem?

Jaarlijks buigt het comité zich over vele honderden aanvragen die een plek willen op een van de lijsten, maar vooral op de Representatieve Lijst. In die mate dat er stemmen opgaan die zich afvragen of de aandacht en de tijd die de lijsten opeisen, niet ten koste gaan van het eigenlijke doel van de conventie, namelijk het borgen van immaterieel-erfgoedpraktijken van gemeenschappen, groepen en individuen als manier om culturele diversiteit en duurzaam samenleven te verzekeren. Die vraag viel niet in dovemansoren. Tijdens het intergouvernementeel comité van 2018 werd besloten tot een grondige reflectieoefening over de lijsten. Deze oefening zal verschillende jaren in beslag nemen.

Wat werd er tot nu toe geconcludeerd?

De uitdagingen die gepaard gaan met lijstvorming zijn talrijk en complex. Veel van de vragen zijn aan elkaar gelinkt. Vier categorieën werden geïdentificeerd: 

A) algemene benadering van de mechanismen voor het opstellen van lijsten; 
B) vragen in verband met de inschrijvingscriteria; 
C) vragen in verband met de follow-up van ingeschreven elementen; 
D) methodologie voor de evaluatie en het onderzoek van de nominaties.

Een concrete uitdaging? Sommige staten beschouwen een element dat ingeschreven is op de representatieve lijst als hun ‘nationale eigendom’, wat in sommige gevallen leidde tot conflicten tussen staten. Het comité herinnerde staten er daarom nog eens aan dat een inscriptie niet bedoeld is om een systeem van eigendomsrecht in het leven te roepen en dat het geen exclusief eigendomsrecht van een culturele expressie inhoudt.

Vervolg van het proces

Een oefening als deze vraagt tijd. Dit najaar wordt er een online survey over de materie gelanceerd. In 2021 komen experts verschillende keren samen om te debatteren over het onderwerp én om concrete aanbevelingen te formuleren. Hun conclusies worden dan weer besproken in een open-ended intergouvernementele werkgroep. Tijdens het intergouvernementeel comité van 2021 worden de conclusies besproken. Initieel was voorzien om het hele proces te doen landen tijdens de algemene vergadering van 2022, waarbij, indien nodig, de operationale richtlijnen van de conventie zouden aangepast worden. Of deze timing haalbaar is, moet nog blijken.

Meer weten? De agenda en bijhorende documenten van de afgelopen Algemene Vergadering vindt u hier.

Foto: Inventaris, Denny Müller via Unsplash

Ook op Belgisch en bij uitbreiding Europees niveau zien we dat (immaterieel) erfgoed de politieke gemoederen beroert. In de zomer van 2020 maakten Facebook en bol.com bekend dat ze Zwarte Piet zullen weren van hun respectievelijke platformen. In augustus voerde Facebook nieuwe huisregels in die blackface en andere vormen van discriminatie verbieden. Afbeeldingen en video’s van Zwarte Piet kunnen, na een melding, verwijderd worden van Facebook en Instagram. 

Vanaf september verkoopt de webwinkel bol.com geen spullen meer met Zwarte Piet. Ook de term wordt niet meer gebruikt, het meer neutrale ‘Piet’ vindt ingang. Het achterliggende idee bij zowel Facebook als bol.com? Een veilige omgeving bieden, waar iedereen zich welkom voelt. Beide bedrijven geven op die manier gevolg aan een recente resolutie van het Europees Parlement, die stelt dat Europese landen moeten komaf maken met "racistische en afrofobische tradities, zoals blackface".

Op zijn beurt diende Vlaams Belang samen met de Nederlandse Partij Voor de Vrijheid (PVV) en Forum voor Democratie (FvD) begin september in het Europees Parlement een resolutie in tegen het ‘censureren’ van Zwarte Piet door multinationals als Facebook. Een van de argumenten die de recent ingediende resolutie aanhaalt, is de erkenning van Zwarte Piet als immaterieel cultureel erfgoed door Vlaanderen.

Reden genoeg voor Knack-journalist Rien Emmery om deze argumentatie even tegen het licht te houden. “Maar klopt het dat de figuur van Zwarte Piet erkend is als Vlaams immaterieel erfgoed? En is dat een goed argument in de discussie over het uiterlijk van de helper van Sinterklaas?”, aldus Remmery. Kort samengevat: Sinterklaas- en Sint-Maartensgebruiken in Vlaanderen staan op de Inventaris Vlaanderen, de figuur van Piet maakt hier een belangrijk deel van uit. “Maar”, zo vervolgt Emmery, “dat Zwarte Piet erkend is als erfgoed, betekent niet dat hij een onveranderlijke of gecanoniseerde figuur is geworden.” Dat een erkenning betekent dat er aan de figuur van Zwarte Piet niet meer getornd mag worden, houdt geen steek.

Bron: 'Is Zwarte Piet beschermd erfgoed?', Knack, 16 september 2020.

Elien Doesselaere