De erfgoedcompetenties van verhalenvertellers in beeld

Oude vrouw met drie kinderen bij openhaard, Simon Fokke naar G. Edelinck, 1745. Publiek domein via Rijksstudio.

Op een koude winteravond bij het haardvuur luisteren naar een goed verhaal: gezelliger wordt het niet! Het goede nieuws is bovendien dat iedereen kan vertellen, en dat u er ook in kan groeien. FEST, de Federation for European Storytelling ontwikkelde onlangs een competentieprofiel dat een overzicht biedt van de verschillende vaardigheden van een verteller.

Daarbij gaat het natuurlijk om verhaalopbouw en verteltechniek, maar interessant genoeg ook over aspecten van mondelinge geschiedenis. Dit competentiemodel biedt zodoende heel wat raakvlakken met de cultureel-erfgoedsector en is dus ook voor uw werk relevant.

De acht rollen voor verhalenvertellers

Het competentiemodel van FEST is opgevat als een breed referentiekader. Het wil uitnodigen, inspireren of uitdagen om uw competenties te ontdekken, te verbeteren of uit te breiden en vooral om erover te reflecteren. Bovendien kan het een inspiratiebron zijn voor vorming en opleiding.

Het model is opgebouwd uit acht rollen die vertellers kunnen opnemen:

  • Onderzoeker
  • Vakman
  • Kunstenaar
  • Performer
  • Opleider
  • Toepasser
  • Traditiebewaarder
  • Ondernemer

De eerste vier rollen zijn de kern, de volgende vier zijn volgens de makers eerder opties of accenten. 

Overzicht: de acht competenties van de verhalenverteller

Traditiebewaarder: kansen voor de cultureel-erfgoedsector

Interessant voor de link naar de cultureel-erfgoedsector is de rol 'traditiebewaarder': deze “zet de mondelinge traditie van een cultuur of gemeenschap voort, houdt ze levend en geeft ze door met respect voor het verleden en met het oog op de toekomst.”

Deze rol vertrekt vanuit het verzamelen van verhalen via het afnemen van interviews. De verteller legt deze verhalen vervolgens vast en archiveert ze (hoe, daar spreekt het profiel zich helaas niet verder over uit). De verteller deelt de verhalen vervolgens in erfgoedcontexten en geeft zo de inhoud verder door.

De rol van traditiebewaarder geeft dus blijk van een zekere erfgoedgevoeligheid in de vertelwereld. En dat is natuurlijk toe te juichen. Ze legt ook expliciet de link naar erfgoedorganisaties als een goede context om verhalen te vertellen. Maar de erfgoedsector wordt niet vermeld bij de eerdere stappen en juist daar kunnen we een belangrijke rol spelen. Want zijn archieven niet de aangewezen plekken om de verhalen te bewaren en deze bestanden verder te ontsluiten? Ook legt het model geen expliciete link naar immaterieel erfgoed en het besef dat het doorgeven van een levende praktijk ook een vorm van erfgoedborging is. 

Het zou een grote meerwaarde zijn als erfgoedorganisaties betrokken zouden worden bij het verder uitwerken van de rol van traditiebewaarder naar de praktijk. Onze sector heeft immers heel wat expertise over het verzamelen van verhalen en het bewaren van de opnames die zo ontstaan. Bovendien zoeken wij, net als de vertellers, naar goede manieren om deze verhalen te vertellen. Samen verhaalprojecten opzetten zou volgens mij een prachtige win-win kunnen opleveren!

Meer weten?

U vindt het competentiemodel met meer achtergronden op de website van FEST. De Vertelacademie vertaalde de tekst en de toolbox naar het Nederlands, die informatie kunt u hier vinden.

Foto: Oude vrouw met drie kinderen bij openhaard, Simon Fokke naar G. Edelinck, 1745. Publiek domein via Rijksstudio.

FARO zet in 2023 in op mondelinge geschiedenis. We lanceren een lerend netwerk en werken aan nieuwe vormingen over dit thema.

 

 

Jacqueline van Leeuwen