Werken met en aan de Art & Architecture Thesaurus

Draden in een web. Foto: Shannon Potter via Unsplash

De Art & Architecture Thesaurus® is een meertalige, gecontroleerde, polyhiërarchische termenlijst die wereldwijd gebruikt wordt om kunst, architectuur en cultuurhistorisch erfgoed te beschrijven.

Hoewel de AAT van oorsprong Engelstalig is en beheerd wordt door het Getty Research Institute in de Verenigde Staten, zijn er inmiddels verschillende landen die een bijdrage leveren aan de AAT. Zo werken ook het Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis (RKD), het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium (KIK-IRPA) en andere erfgoedorganisaties uit Nederland en Vlaanderen sinds 1994 samen aan de ontwikkeling van de Nederlandstalige AAT. Dankzij deze inspanningen is het Nederlands momenteel de derde grootste taalgroep in de AAT, na het Engels en het Chinees.

Met zijn 56.000 concepten en een veelvoud daarvan aan termen, waarvan 63.000 in het Nederlands (stand van zaken in mei 2022), is de AAT al omvangrijk. Desondanks zijn er nog veel concepten die niet vertaald zijn naar het Nederlands en ontbreken er termen die gebruikt worden in de erfgoedsector. De AAT is immers mensenwerk: het is een instrument voor en door de erfgoedsector, dat voortdurend in ontwikkeling is. Ontdek hier hoe u de AAT gebruikt en hoe u dit instrument kunt helpen verbeteren. 

Voor de erfgoedsector

Waarvoor kunt u de AAT gebruiken?

De AAT bevat concepten om (erfgoed)objecten en ensembles, actoren, stijlen en culturen, activiteiten, technieken, materialen en fysieke kenmerken zoals toestand en kleur te benoemen. U kunt er ook gerelateerde abstracte begrippen mee benoemen en trefwoorden toekennen, zoals onderwerpen van (kunst)publicaties en beeldmateriaal.

En minstens even verhelderend: wat vindt u er niet?

  • Voor eigennamen, plaatsnamen en iconografische onderwerpen bestaan er andere thesauri (zie hoger). Een uitzondering op deze regel vormen de merknamen van producten, waarvan de eigennaam veel couranter en duidelijker is dan de soortnaam en waarvan de samenstelling soms beschermd is door het patentrecht. Denk bijvoorbeeld aan Agfacolor of Gore-Tex.
  • De AAT is niet bedoeld om natuurhistorische specimens volgens de nieuwste wetenschappelijke taxonomie te beschrijven. Wel zijn er concepten om levende organismen te benoemen, wanneer dat nodig is om kunst, architectuur of aanverwante dingen te beschrijven. Bijvoorbeeld wanneer de plant wolfsmelk op een foto is afgebeeld of een portaal versierd is met een eikenbladmotief.
  • Daarnaast zijn er vooralsnog een aantal bekende lacunes in de (Nederlandstalige) AAT, zoals voor archeologisch en agrarisch erfgoed. Lacunes kunnen echter weggewerkt worden door nieuwe termen te suggereren, hieronder leest u hoe dat in z'n werk gaat.

Hoe gebruikt u de AAT?

Voor een goed begrip, moet u weten dat de AAT opgedeeld is in acht facetten: 

  • Associated Concepts (Abstracte begrippen)
  • Physical Attributes (Fysieke kenmerken)
  • Styles and Periods (Stijlen en perioden)
  • Agents (Actoren en Organismen)
  • Activities (Activiteiten)
  • Materials (Materialen)
  • Objects (Objecten)
  • Brand Names (Merknamen)

De AAT is polyhiërarchisch: dat wil zeggen dat een concept meerdere bovenliggende termen (parents) kan hebben.

Optie 1: manueel

  • Ga naar het online zoekscherm. Daar kunt u vrij zoeken naar een term − ook een Nederlandstalige − of een Booleaanse combinatie van termen. Of zoek online via de uitklapbare hiërarchie.
  • Controleer de scope notes (de omschrijving of definitie) om de geschikte term te selecteren. Als u niet zeker weet of een bepaalde term wel correct is, kies dan het hogerliggende concept waar u wél zeker van bent. Bijvoorbeeld: 'metaal' in plaats van 'ijzer'.
  • Bovenaan de pagina van elk concept vindt u het unieke ID-nummer, een uniform resource identifier (URI) aangeduid als page link en een machinaal leesbare semantic view. Noteer deze samen met de gekozen term in uw collectiebeheersysteem.

Optie 2: via een import of ingebouwde koppeling

De volledige AAT-dataset is ook beschikbaar als linked open data (LOD) onder een Open Data Commons Attribution License (ODC-By) 1.0. Het Getty biedt u verschillende manieren om de AAT te integreren in uw collectiebeheersysteem.

Verschillende softwareleveranciers en erfgoeddatabanken hebben al een koppeling met de AAT of met het Nederlandse Termennetwerk − inclusief AAT − ingebouwd.

Thesaurusopschoning

Wilt u uw thesaurus opschonen en afstemmen met de laatste versie van AAT of andere thesauri? Dan kunt u de OpenRefine Reconciliation Service van Getty gebruiken. Deze tool maakt vergelijkingen van uw data met de brondata van Getty.

Door de erfgoedsector

Hoe levert u een termvoorstel aan?

Aanvullingen en verbeteringen komen tot stand vanuit de gebruikersgemeenschap. Ook ú kunt dus de AAT helpen verbeteren door een nieuwe term, een wijziging of een vertaling van een bestaande term te suggereren. Die termvoorstellen moeten dan wel voldoen aan de kwaliteitseisen van de AAT en dus een vast stramien volgen.

Voor een nieuw concept moet u minstens de volgende gegevens aanleveren:

  • preferred term: de Nederlandstalige en Engelstalige voorkeursterm, die altijd in de meervoudsvorm moet staan.
  • alternative descriptor: de alternatieve enkelvoudsvorm, eveneens in het Nederlands en het Engels.
  • scope note: een Nederlandstalige en Engelstalige definitie.
  • broader term: de positie van het concept in de hiërarchie van de AAT wordt gedefinieerd door de bovenliggende term. Een concept kan soms ook een tweede, alternative parent hebben.
  • source: minstens één betrouwbare bron in het Nederlands en het Engels waaruit de termen en definities zijn afgeleid. Dat kan een publicatie zijn of de naam van een (erfgoed)instelling met de nodige expertise.

Voor een correctie of vertaling van een bestaand AAT-concept zijn enkel het ID en de gegevens nodig die aangepast of aangevuld moeten worden.

Noteer uw kandidaat-term(en) in onderstaand sjabloon en mail het naar aat@rkd.nl. Zo komt het terecht in de werkstroom van de AAT-redactie. Zij nemen contact met u op als er nog onduidelijkheden zijn of als een grotere wijziging nodig is om uw suggestie klaar te maken voor publicatie. U kunt natuurlijk zelf ook advies vragen indien nodig.

Hoe start u een thematische werkgroep op?

Merkt u dat een bepaald thema ondervertegenwoordigd is in de AAT? Wil uw organisatie, al dan niet samen met partners, haar kennis inzetten en een inspanning leveren om die lacune te vullen met een reeks termvoorstellen? Verschillende tijdelijke werkgroepen gingen u al voor en leverden een belangrijke bijdrage aan de Nederlandstalige concepten:

  • Agrarisch erfgoed | CAG i.s.m. Texture, Museum voor Oude Technieken en Karrenmuseum
  • Boekgeschiedenis | Anet
  • Mode en kostuums | MoMu, KMKG en andere partners van het Europeana Fashion project
  • Terminologie voor schade aan kunststoffen | Design Museum Gent & S.M.A.K.
  • Speelgoed | Speelgoedmuseum Mechelen
  • Diamant, juwelen en zilver | DIVA

Neem bij de start van zo'n werkgroep contact op met de AAT-Ned redactie om enkele werkafspraken te maken.

Wat doet de AAT-redactie?

De ingediende termvoorstellen worden nagelezen en besproken door de Vlaams-Nederlandse AAT-redactie. De AAT-redactie bestaat uit erfgoedmedewerkers uit de sector, die zich vrijwillig engageren voor het redactiewerk. Momenteel zijn dat medewerkers van KIK-IRPA, RKD, KU Leuven, Universiteit Antwerpen, DIVA, Stad Antwerpen, FOMU, Collectie Vlaamse Gemeenschap, Vlaams Architectuurinstituut, Museum Kunst & Geschiedenis, Stichting Koninklijke Defensiemusea en FARO.

De AAT-redactie komt ongeveer viermaal per jaar samen. Voor elke vergadering maken de redactieleden hun huiswerk in een gedeeld document.

  • Zej toetsen de voorstellen af aan het doel en de kwaliteitseisen van de AAT.
  • Ze bespreken indien nodig hoe het voorstel alsnog kan voldoen aan de kwaliteitseisen.
  • Kleine wijzigingen voert de redactie zelf uit.
  • Wanneer een grotere wijziging nodig blijkt of er inhoudelijke vragen zijn, dan gaat het voorstel terug naar de indiener.
  • De goedgekeurde termvoorstellen worden bezorgd aan het Getty. 

Daarna kijken de experts van het Getty Vocabulary Program de kandidaat-termen na. Zij beslissen uiteindelijk over de publicatie. Deze manier van werken kost tijd, maar is nodig om de kwaliteit en uniformiteit te blijven garanderen.

De AAT-redactie vertegenwoordigt ook de belangen van de Nederlandstalige gebruikersgroep op internationaal niveau en stimuleert het gebruik van de AAT in onze sector, bijvoorbeeld via de studiedag van 3 mei 2022.

Heeft u interesse om redactielid te worden? Neem dan contact op met Tine Hermans.

Deze pagina kwam tot stand met medewerking van de AAT-redactie.

Documenten